maandag 24 september 2007

Oubollig

Oubollig is een Nederlandstalig woord dat in de jaren 1990 een verschuiving van betekenis heeft ondergaan. Deze verschuiving is grotendeels te wijten aan de onwetendheid van de gebruikers; vergelijkbaar met: "Hun zeggen, tot dat zo is."

Van oorsprong betekende het: grappig, in een positieve connotatie. Het woord werd voor de jaren '90 nog nauwelijks gebruikt, behalve dan om scholieren mee te plagen in dictees.

Tegenwoordig heeft het de betekenis, die nog enigszins tegen de oude betekenis aanleunt: kneuterig en ouderwets, dus met een negatieve connotatie. Dit zal zonder twijfel te maken hebben met de eerste lettergreep die de associatie oproept met: oud. Je ziet het woord dan ook wel (zelfs in kranten) foutief gespeld als: oudbollig.


Bron: wikipedia

Potdomme, wat heb ik een medelijden met dit arme woord.

zondag 23 september 2007

vrijdag 21 september 2007

M

Ik ken alleen maar leegte
en het ergste van die leegte
Is dat ik er geen idee van heb
of hij ooit overgaat

Dus ik wou dat ik mijn leven
Niet op volgorde beleefde
Zodat ik kon zien of jij,
ooit in de toekomst naast me staat

En dat wij dan samen kletsen
Over mijn maffe interesses
En dat jij je af zou zetten
tegen dingen die ik haat

Als ik dat nu al zou weten
Zou ik cool zijn en niet zweten
Als ik jou straks wil gaan daten
Ging ik nu al naar je straat

En dan zei ik "Hee Marijke
Het zal later nog wel blijken
Maar het schijnt dat we gelijken
En gemaakt zijn gemaakt zijn voor elkaar

Jij de jonkvrouw, ik de hertog
Want dat zei je gisteren zelf nog
In een toekomstige chatlog
Die je schrijft over twee jaar

En zo'n tien dagen geleden
Hebben wij samen gevreeën
Dat was één maand na de weeën
Morgen komt de ooievaar

Dus ik zou maar met me meegaan
Want je huis zal zo wel leegstaan
Trouwens, we wonen op de Kerklaan
En ons kind is reeds tien jaar."

donderdag 20 september 2007

"

With respect to the history of Schleswig-Holstein, Lord Palmerston once proclaimed it to be so complicated that only three man understood it —one being Prince Albert, but he was dead; the second, a German professor, who had become insane; the third, Palmerston himself, who had forgotten it."

maandag 17 september 2007

Fraai refrein

I don't want to start any blasphemous rumours
But I think that God's got a sick sense of humor
And when I die I expect to find Him laughing.

Uit: Blasphemous Rumours - Depeche Mode

zondag 16 september 2007

Concertreview: The Turquoise Mudwhelks

The Turquoise Mudwhelks, Nederlands bekendste Rock 'n Roll band, begonnen als bescheiden band in kleine zaaltjes. Zo stonden ze in De Slaaptrol te Zundert, in De Sleunk te Oegstgeest en natuurlijk in De Kwijlfuik, het rockwalhalla van Vaals. Dit alles begin jaren zeventig, de tijd waarin frontman Ronnie Gitari met zijn legandarische performances de zalen plat scheen te spelen. Het in 1975 verschenen album “The shitty side of the bloody moon” met de hits “Bloody Rhapsody” en “Shitty Home Alblasserdam” geldt onder fans nog steeds als The Turquoise Mudwhelks op zijn puurst.

Ronnie Gitari overleed in mei 1976, na een gevecht met de wereldberoemde bokser Habib Haboubi. Hij kwam Habib tegen in Boekel, en aarzelde niet om hem tot een gevecht op leven en dood uit te dagen. Habib ging in de ring staan, en Gitari gooide zijn handdoek in de ring, waarna het doek viel voor Habib. Gitari won dus weliswaar, maar na dit gevecht ging hij de herhaling van Pauw & Witteman kijken, en kreeg hij een hartstilstand. Toen hij bijkwam dacht hij dat hij dit alles gedroomd had. Om dit te controleren sprong hij in de vijver en warempel net voor hij verdronk overleed hij aan kanker.

De rest van de geschiedenis mag bekend zijn. De overgebleven bandleden, met Tonnie Banjoli en Harrie Drumoli als bekendste namen, zaten nu zonder zanger. Na een geflopt instrumentaal thema-album over zelfrijzende bakmeel, namen de spanningen binnen de band toe. Banjoli wou de zanger van The Shitty Lavender Snakes overnemen, maar dat zag deze zanger, Shitty Thomas, totaal niet zitten omdat hij de leden van The Turquoise Mudwhelks talentloze stonede ouwe lullen vond. Door deze crisis besloot Banjoli een soloproject te beginnen, genaamd Purple Crap. De opnames verliepen zo voorspoedig dat ook de overige leden van The Turquoise Mudwhelks naar Purple Crap overstapten. Shitty Thomas stond vervolgens niets in de weg om zich alsnog bij de The Turquoise Mudwhelks te voegen. Shitty Thomas zat die tijd echter in een creatief dieptepunt, dronk whisky per emmers en maakte geen opnames. Dit maakte hem zo depressief dat hij niet meer uit zijn stoel wou komen, waardoor hij ook niet kon optreden. Om toch nog wat te verdienen besloot Shitty Thomas zijn goudvis ‘Dirk’ bij de band te voegen. Zo kon hij voor elk optreden verstek geven, terwijl het flink betalende publiek twee uur naar een vissenkom op het podium kon kijken.

In 1981 overleed Shitty Thomas door levercomplicaties, en in 1984 werden The Turquoise Mudwhelks opnieuw opgericht door twee glasblazers uit Delfzijl. In 1986 kwam oudgediende Tonnie Banjoli terug in de band. Hij nam de zang voor zijn rekening en werd frontman. Met enkele andere muzikanten van zijn leeftijd dook hij weer de studio in. Ondanks zijn drank- en drugsverslavingen nam hij tussen 1986 en heden maarliefst 108 albums op, echter zonder één hit te scoren.

Op dit moment zijn The Turquoise Mudwhelks weer volop aan het touren, en wel naar aanleiding van hun nieuwe album “Always look on the shitty side of the bloody moon”. Ik was zondag bij hun optreden in De Vorkhal in Terneuzen, en ik was volledig overrompeld door hun revolutionaire aanpak. Het is compleet iets anders dan je zou verwachten. Je moet je voorstellen, er is een soort verhoging en daar staan de The Turquoise Mudwhelks dan op. Op het podium staan die mensen dan, en die hebben houten kastjes in hun handen met een soort gespannen touwen erop. Die slaan ze vervolgens aan en dan komt dan komt er goddomme geluid, uit bepaalde zwarte dozen die ook op die verhoging staan. Op hun albums is een soort van ritmisch getik te horen, wat al uniek is, maar op het podium is er gewoon een heel apparaat met allemaal omgekeerde emmers of zo erop, waar gewoon iemand met twee stokjes dat getik zit te reproduceren. Nondeju, ze blijven mij, rockfan van het eerste uur, verrassen, die Turquoise Mudwhelks. Vijf sterren.

woensdag 12 september 2007

Bijnamenoverzicht.

Tezamen met mijn matties, maten, kornuiten, vooral dan samen met Paul, heb ik al menig curieus type dat in ons leven opdook een passende bijnaam gegeven. Al deze bijnamen waren uiteraard vleiend bedoeld. Ter documentatie publiceer ik bij dezen een etymologisch overzicht van de belangrijkste bijnamen:

Ted

Bijnaam voor Nicki. Ted is een naam die beter bij een jongen van zijn formaat (figuurlijk bedoelt, uiteraard!) past.

Johnny Sugar (de ~ (m.))

Bijnaam voor de enge staarman van het Kaatje. De man die staart dus, met een enge glimlach. Die gast ja. Hij dankt deze bijnaam aan zijn aalgladde voorkomen.

Henri (de ~ (m.))

Bijnaam voor Pietje van Lith. In onbruik geraakt.

Flathead (de ~ (m.))

Bijnaam voor onze ex-docent Den Koninck. Vanwege zijn ik-ben-tegen-een-onverhoopte-muur-aangelopen-gelaat. Dit is een van de vele bijnamen die zijn ontstaan tijdens de periode dat ik Sociale Geografie studeerde. Andere veelgebruikte bijnamen uit deze periode zijn onder andere: Bothoofd, Huib-Huib, Tous les chevaux de Mali en Tim Tax.

Ton (de ~ (m.))

Bijnaam voor Roel. Hoofdzakelijk gebuikt door Paul, ook wel eens gebruikt door anderen, maar dan alleen indien Paul in de buurt is.


Sai Gulat (de ~ (m.))

De ongetwijfeld verkeerdgespelde bijnaam voor de man die het mede mogelijk maakt dat wij op zaterdagavonden van kwaliteitsfrituur bediend worden. We hebben allemaal veel respect voor hem.

Brutus en Medea (de ~ (mv.))

Verdrongen.

Gepetto (de ~ (m.))

Bijnaam voor de latente Italiaan van het Kaatje. Dreigt in onbruik te raken.

Herman (de ~ (m.))

Eigenlijk geen bijnaam, maar de roepnaam voor Herman Brusselmans, onze kastelein. Het schijnt dat hij graag boekjes schrijft, vooral in België schijnt hij ze aardig te verkopen.