maandag 4 april 2011

Zuid-Oost Albanië: Korça

Oja, ik had al een tijdje een blog klaarliggen die ik nog moest publiceren. Dit zijn m'n avonturen van 25, 26 en 27 maart.

Dit weekeinde bracht ik door in Korça, Zuid-Oost Albanië. Vrijdag nam ik om zes uur ’s ochtends de extreem langzame en goedkope trein naar Podragec, waar ik me voor zeven trage uren mocht vergapen aan het heel mooie landschap, gesluierde oudjes met ezeltjes die vrolijk naar de inzittenden zwaaiden en visverkopers die de trein op en af sprongen. Het was heel pittoresk en heel bijzonder. Rechts in de index een clip van zulks, voor wie het nog niet wist.

In Pogradec werd ik meteen naar de juiste bus gedirigeerd. Een dertigtal kilometers hobbelden we door de bergen, tot ik aankwam bij de centrale markt van Korça, waar kooplui net hun waar aan het opruimen waren. Volgens mijn reisgidsje zou ergens in die markt een goedkoop hotel zijn, in een oud en authentiek Ottomaans huis. Ik had alleen de naam van dit verblijf, en pas de derde persoon die ik aansprak had er ooit van gehoord. Deze bracht me naar een klein binnenplein en riep naar boven of er plek was. Was er niet, het hotel was dicht. 'Alleen het grote hotel aan het centrale plein is op dit moment open', zei een koffiedrinkende vrouw. Ik vreesde even dat deze trip mijn budget nu ruim ging overschrijden, maar ik kon een aardige prijs met de herbergier beklinken.

De volgende ochtend was er nog geen ontbijt toen ik opstond en liep ik naar de markt die net opgezet werd. Ik dronk ergens een koffie, en ging daarna terug naar het hotel om te ontbijten. Het was nog steeds vroeg, maar het zou niet lang duren voor de musea die in het toeristengidsje stonden op gingen. Ik keek met name uit naar het onderwijsmuseum, één van mijn redenen om naar Korça af te reizen. Maar eerst ging ik kijken naar de persoonlijke verzameling snuisterijen van een oude man die rond de oorlog door Azië had gereisd. De man die me rondleidde sprak alleen Frans, en wel ongeveer evengoed als ik (ergo, niet zo best). Hij was blij dat een toerist de weg naar zijn tentoonstelling gevonden had, maar toen hij me naar zijn zalen bracht bleek het licht kapot, zodat hij op een gegeven moment stond te vertellen wat er in bepaalde ruimtes stond, terwijl ik naar het aardedonker gat van de deurpost keek.

Bij het onderwijsmuseum moest ik meelopen met een groep Albanezen, en de gids sprak Albanees, dus ook in dit museum was ik van één der zintuigen verstoken. Niettemin had het gebouw een interessante collectie. Ik vroeg de eigenaar of er leraren in Korça waren die Engels spraken, en die ik kon interviewen. Hij belde een vriend die een vrouw voor me belde, maar daar stokte de keten. Daarop besloot ik maar de taxi te pakken naar Mborje, een heel klein gehuchtje op een berg bóven de rook van Korca waar, volgens de reisgids die soms wel op het jongewoudlopershandboek lijkt, een mooi beschilderde kerk zou zijn. Het was inderdaad wel aardig. Toen ik op een terras ging zitten, hoorde ik mensen roepen, 'Amerikan! Amerikan!'. Ze herkenden me kennelijk meteen als Westerling, en een Westerling moet wel een Amerikaan zijn, redeneerden ze.

Toen ik een tijd later weer bij de kathedraal van Korça stond, zag ik dat het nog steeds ochtend was. En dat terwijl ik tegen de waard (bestaat er een niet-archaïsch woord voor dat beroep?) had gezegd dat ik nog een nacht in het hotel bleef, omdat ik zoveel plannen had. Wat moest ik nu nog allemaal doen deze middag? Op het busplein keek ik of er een taxibusje naar één der omliggende dorpen ging, en zo ja, of die 's avonds dan weer terugging. Dat was niet echt het geval, maar ik raakte in gesprek met een man die me wel naar Voskopoja wilde brengen, een aardig stadje op een bergtop. Ooit moeten daar 24 kerken gestaan hebben, maar er zijn er inmiddels nog maar vijf over. We reden er heen, maar ik vond het niet veel bijzonders. Hij reed nog hoger, en we namen een kop koffie, en daarna reed hij nog verder, tot we helemaal boven waren bij een heel oud klooster. Het was een heel mooi gebouwtje, slecht onderhouden, maar erg tof. Toen ik mijn fototoestel tevoorschijn haalde, kwam er een oude man naar me toegesneld die op panische wijze kruisjes begon te slaan. Geen foto's dus. We reden terug, eerst nog naar een dorpje met de intrigerende naam Voskop, en toen naar Korça.

Op zondagochtend keerde ik weder in Pogradec en at daar eindelijk de koran. Het was een gemoedelijk stadje. Oude mannetjes keken versufd uit hun ogen en zaten op een bankje als kippen op stok. Ik liep langs het meer van Ohrid terug naar het station, en nam opnieuw de langzame maar goedkope trein naar Tirana.

Ziezo dacht ik, de stad is gered.

5 opmerkingen:

Guus zei

Je hebt koran op! Hoe smaakte het?

Ton zei

Als een waard de Hogere Hotelschool heeft gehad is het een hotel manager. Met VMBO een herbergier. Als ie Frans spreekt een hotelier. Boven de 50 een kastelein. Indien vrouw een paaldanseres. Een barman is een kastelein in het Engels. Een bartender is een tapapparaat van Heineken.

Unknown zei

Fout, die van Heineken heet de Beertender. Een portmanteau van beer en bartender (barman in het engels)

Unknown zei

Mooi dat de stad gered is haha. Tof allemaal, je maakt het wel mee zeg.

Linda zei

O. Bovenstaande reactie was ik.